Auteur: Marcel Bootsman

  • Dag 1 met ADHD-medicatie

    Dag 1 met ADHD-medicatie

    Ik geef het eerlijk toe: ik kon me gisteren niet inhouden en nam alvast mijn eerste pilletjes nog vóór de officiële start. Tijdens het avondeten merkte ik meteen iets bijzonders: wat meer rust in mijn hoofd. Geen grootse verandering, maar subtiel genoeg om te voelen dat er iets anders was.

    Vandaag dan echt dag 1. Geen spectaculaire “aha”-momenten, maar wel iets meer focus. Ook merkte ik iets onverwachts: bij zakelijke beslissingen pieker ik minder. Normaal kan ik eindeloos blijven wikken en wegen, maar vandaag voelde het net iets lichter, minder zwaar. Dat alleen al maakt nieuwsgierig naar wat de komende dagen gaan brengen.

    Ik heb afgesproken met mezelf om een dagboekje bij te houden: hoe voel ik me, wat merk ik, wat verandert er? Zo kan ik over een dag of tien samen met mijn psycholoog kijken of de dosering nog aangepast moet worden.

    Het voelt een beetje alsof ik met een nieuw project ben begonnen, maar dan eentje waarbij ik zelf de case study ben.

    Voor nu: terug naar het werk. Met net dat beetje extra focus, minder gepieker en een gezonde dosis nieuwsgierigheid.

    Zijn er anderen die hun eerste ervaringen met medicatie (of andere manieren van omgaan met ADHD) herkennen?

    Oh, ook nog wat nieuws over de EvenDeDraadKwijt podcast, ik ben druk bezig met nieuwe gasten, dus ja, ik ga door, nog even geduld.

    Dit bericht is ook gepost op Linkedin.

  • Waarom structuur voor ADHD’ers rust en stress geeft

    Waarom structuur voor ADHD’ers rust en stress geeft

    Structuur. Het woord alleen al kan bij veel ADHD’ers twee totaal verschillende reacties oproepen. Een zucht van opluchting, of een diepe innerlijke weerstand. Want waar de één eindelijk grip en rust vindt in een duidelijke planning, ervaart de ander het als een beklemmend keurslijf dat direct stress oproept.

    Hoe kan het dat structuur voor mensen met ADHD zowel een reddingsboei als een last kan zijn?

    Structuur geeft rust

    Een brein met ADHD kan vaak voelen als een internetbrowser met 40 tabbladen open: overal gebeurt iets, en dan nog vind je brein altijd een reden op tab 41 te openen. Structuur in de vorm van routines, planningen, lijstjes of duidelijke afspraken kan dan dienen als extra hulp om je taken te volbrengen. Of het nou de boodschappen zijn, klusjes in huis, of werk gerelateerde to-do’s.

    Met structuur:

    • hoef je minder keuzes te maken (want die heb je zelf al bepaald),
    • raak je minder snel dingen kwijt (tijd, spullen, energie),
    • voel je dat er houvast is in de chaos.

    Voor veel ADHD’ers betekent dat: meer rust in je hoofd, en energie over om je te richten op de dingen die er écht toe doen.

    Structuur geeft ook stress

    Tegelijkertijd kan structuur ook een bron van spanning zijn. Want:

    • Strakke schema’s voelen verstikkend. Als alles is ingepland, voelt het alsof er geen ruimte meer is voor spontaniteit of creativiteit.
    • Gevoel van falen bij afwijken van je schema. Als je de planning niet haalt of een routine doorbreekt, kan dat direct voelen als mislukken.
    • Structuur onderhouden kost energie. Het maken van lijstjes en plannen voelt fijn, maar het volhouden ervan vergt juist de executieve functies waar ADHD’ers vaak moeite mee hebben.
    • Wat bedoeld is als hulp, kan daardoor omslaan in frustratie: Gedachten als “Zie je wel, ik kan niet eens een planning volhouden” zijn mij niet onbekend.

    De paradox van structuur bij ADHD

    Structuur is dus niet simpelweg goed of slecht. Het is een paradox:

    • zonder structuur is er chaos,
    • met te veel structuur is er spanning.

    Veel ADHD’ers balanceren voortdurend tussen deze uitersten: zoeken naar houvast, maar niet verstikt willen raken.

    Voorbeelden uit het dagelijks leven

    Structuur klinkt in theorie vaak mooi, maar in de praktijk werkt het voor veel ADHD’ers nét even wat anders. Het idee van een agenda, vaste routines of lijstjes kan rustgevend zijn, maar zodra je ze gaat gebruiken, komen er vaak ook haken en ogen bij kijken. Hier zijn een paar herkenbare situaties:

    • Agenda’s en planners
      Een agenda kan je reddingsboei zijn. Alles staat er netjes in, je hoeft niets te onthouden, en dat geeft overzicht. Totdat je vergeet in die agenda te kijken. Of je zo enthousiast wordt van het invullen ervan dat je urenlang aan kleurcodes en stickers besteedt maar uiteindelijk geen enkele taak afrondt. Dan verandert de agenda van houvast in een reminder van wat er allemaal niet lukt.
    • Routines
      Elke ochtend dezelfde stappen volgen opstaan, aankleden, sporten, douchen, ontbijten, kan enorm rustgevend zijn. Het geeft je een soort autopiloot waarop je de dag start. Maar sla je één stap over, bijvoorbeeld omdat je te laat wakker wordt, dan voelt het ineens alsof je hele dag uit balans is. Die ene gebroken routine kan de rest van de dag als een dominosteentje om laten vallen.
    • To-do-lijstjes
      Lijstjes maken is een van de favoriete hulpmiddelen van veel ADHD’ers. Het geeft overzicht en je kunt lekker afvinken. Totdat het lijstje groeit en groeit en verandert in een eindeloze lijst met dingen die je nooit allemaal gaat halen. Dan wordt het niet langer een steun, maar juist een bron van stress en zelfverwijt.
    • Deadlines
      Soms werken deadlines (vooral bij mij) als pure magie: je stelt alles uit tot het laatste moment, maar zodra de druk hoog genoeg is, knal je in hyperfocus-modus en lever je topwerk af. Toch komt daar vaak ook stress bij kijken, omdat je niet weet of je het deze keer weer op tijd redt. Wat voor anderen zekerheid geeft, voelt voor jou als een gok.

    Hoe vind je de juiste balans?

    💡 Maak structuur flexibel. Plan blokken, geen minuten.
    💡 Begin klein. Één routine kan meer opleveren dan tien tegelijk.
    💡 Zie structuur als hulpmiddel, niet als verplichting. Het mag je dienen, niet beheersen.
    💡 Vier elke keer dat het lukt. Focus op successen, niet op de keren dat het misging.

    Persoonlijke noot

    Zelf heb ik vaak een haat-liefdeverhouding met structuur. Een goede planning kan me een enorme rust geven. Maar zodra ik mezelf te strak vastzet, breekt de innerlijke chaos alsnog los. Ik heb geleerd dat mijn structuur me ruimte moet geven, geen beperkingen. En dat het oké is om te schuiven, aan te passen en soms zelfs alles los te laten.

    Tot slot

    Structuur is geen wondermiddel voor ADHD, maar ook geen vijand. Het is een gereedschap dat je slim kunt inzetten, zolang je accepteert dat het nooit perfect zal zijn. En dat hoeft ook niet.

    Hoe ervaar jij structuur? Voelt het voor jou meer als steun of als stress? Deel het gerust, misschien inspireert jouw verhaal anderen ook.

    Foto van Jandira Sonnendeck

  • Dingen die ADHD’ers denken maar niet durven zeggen

    Dingen die ADHD’ers denken maar niet durven zeggen

    “Wacht… zei ik dat net hardop?”

    Als je ADHD hebt, is die gedachte waarschijnlijk pijnlijk herkenbaar. Wat je denkt en wat je zegt, ligt soms akelig dicht bij elkaar. Niet omdat je onbeleefd wilt zijn. Maar omdat er soms geen tijd is om het eerst even langs de filter van sociaal wenselijk gedrag te halen.

    Maar er zijn ook gedachten die juist niet gezegd worden. Omdat ze gênant zijn, pijnlijk, of gewoon te raar voelen. In deze blog vertel ik meer over de binnenwereld van ADHD, ongefilterd (zoals altijd), ongestructureerd, maar ook rauw en eerlijk.

    1. Waarom kan ik dit niet gewoon?

    Het lijkt zo simpel. Even dat pakketje terugsturen. Een mail beantwoorden. Op tijd vertrekken. Maar je brein voelt op zo’n moment als een blokkadeparcours. Je weet rationeel wát je moet doen, en zelfs hoe, maar het lijkt alsof er iets onzichtbaars tussen zit. En dus komt het er niet van, weer niet.

    Dat gevoel van onmacht leidt tot frustratie, en op termijn tot schaamte. Je vraagt je af of je gewoon lui bent, of ongemotiveerd. Terwijl het in werkelijkheid gaat om een gebrek aan startenergie, planning of dopamine, niet aan wilskracht.

    2. Ik voel me alleen waardevol als ik iets oplever

    Omdat ADHD’ers vaak kritiek hebben gehad op hoe ze dingen doen, chaotisch, impulsief, ongestructureerd, ontstaat het gevoel dat je er alleen toe doet als je iets oplevert. Presteren wordt een manier om jezelf te bewijzen, maar ook om bestaansrecht te voelen.

    Een dag niksen voelt dan als falen. Terwijl rust nemen geen luxe is, maar noodzaak, zeker met een neurodivergent brein. Toch is het lastig om die overtuiging los te laten, zeker als je jarenlang hebt geleerd: “je bent pas oké als je iets toevoegt.

    3. Ik snap echt niet hoe mensen dit volhouden

    Een “normaal” leven lijkt soms onvoorstelbaar ingewikkeld. Vaste werkdagen, elke dag koken, verjaardagen onthouden, elke week de was draaien. Voor anderen lijkt het vanzelf te gaan, voor jou voelt het alsof je constant achterloopt.

    Je probeert routines te kopiëren van anderen, maar die blijken niet vol te houden. Daardoor ontstaat het idee dat er iets fundamenteel mis is met je. Je mist het gevoel van grip, en dat is vermoeiend én eenzaam.

    4. Ik ben óf briljant óf waardeloos. Er is geen tussenin

    ADHD gaat vaak gepaard met zwart-wit denken. Je hebt periodes waarin alles lukt, creatief, energiek, productief. En dan ineens lukt er niets meer. Dan voel je je mislukt, incapabel, dom zelfs. Deze polariteit kan verlammend werken.

    De nuance (dat het oké is om soms gemiddeld te zijn, om te rusten, om even niet te presteren) verdwijnt uit beeld. Alles voelt als alles of niets. Terwijl het leven vooral gebeurt in het gebied daartussenin.

    5. Waarom ben ik zo snel overprikkeld, maar zoek ik toch meer prikkels op?

    Je zoekt de drukte op, omdat je brein daar iets van energie uit haalt. En tegelijkertijd put het je uit. Je wilt rust, maar rust voelt saai. Dus kijk je toch nog een video. Ga je toch naar dat drukke feestje. Of je begint een nieuw project terwijl je er al drie hebt openstaan.

    Die tegenstrijdigheid voelt verwarrend, voor jezelf én je omgeving. Het is alsof je in een emotionele achtbaan zit zonder veiligheidsbeugel (niks mis met achtbanen natuurlijk, maar die beugel is wel prettig). Wat je nodig hebt, verandert elke dag.

    6. Wat als iedereen doorheeft dat ik dit allemaal maar een beetje improviseer?

    Imposter syndrome komt veel voor bij ADHD’ers, en dat is niet gek. Omdat je vaak dingen op het laatste moment doet, werk improviseert of deadlines nét haalt, voelt succes niet als iets wat je verdiend hebt.

    Je denkt dat je er gewoon mee wegkomt. En dat anderen, die alles wél op orde lijken te hebben, je ooit zullen ontmaskeren. Je houdt je groter voor dan je je voelt. En dat masker is vermoeiend.

    7. Ik voel me te veel. Of juist onzichtbaar

    In een groep praat je veel, te snel, of je valt mensen in de rede. Je voelt dat je ‘te veel’ bent, te druk, te intens, te emotioneel. Dus probeer je je in te houden. Je zegt minder, lacht zachter, trekt je terug. En dan voel je je weer onzichtbaar.

    Je beweegt continu tussen die uitersten: op de voorgrond staan of helemaal verdwijnen. Het midden lijkt onvindbaar. En dat doet iets met je zelfbeeld.

    8. Soms wil ik gewoon verdwijnen

    Het gaat niet per se om dood willen. Maar wel om een diep verlangen om weg te zijn van de chaos. Van de constante verantwoordelijkheden, de gedachten, de eindeloze to do’s. Even niks moeten. Geen gesprekken, geen prikkels, geen zelfreflectie.

    Het gevoel van mentale overbelasting is zó groot, dat verdwijnen soms aantrekkelijk lijkt. Als een pauzeknop die je nergens kunt vinden, want je weet niet meer waar je die neergelegd hebt.

    9. Is er iets mis met mij?

    Zeker als je laat gediagnosticeerd bent, kijk je ineens terug op je leven met een nieuwe bril. Waarom voelde ik me altijd anders? Waarom begreep ik mezelf nooit helemaal? Je ziet relaties die spaak liepen, banen die niet lukten, vriendschappen die verwaterden.

    En dan komt de rouw. Niet alleen om wat er misging, maar ook om wat je had kunnen zijn met de juiste begeleiding, kennis of erkenning.

    10. Ik wil niet anders zijn. Maar ik wil ook niet meer doen alsof

    Maskeren is iets wat veel ADHD’ers doen. Je onderdrukt je impulsen, je probeert je aan te passen, je houdt je energie vast tot je thuis instort. Je probeert te voldoen aan wat “normaal” is. Maar dat kost bakken met energie.

    Op een gegeven moment wil je daaruit breken. Niet om te zeggen: “Ik ben nu eenmaal zo.” Maar wel: “Ik wil mezelf zijn, zonder dat dat uitgelegd of gecorrigeerd moet worden.” Die behoefte aan echtheid is misschien wel het meest universele verlangen onder mensen met ADHD.

    Tot slot

    Misschien heb je jezelf herkend in één of meerdere van deze gedachten. Misschien voelde het zelfs even pijnlijk om ze zwart-op-wit te zien staan. Maar weet dit: je bent niet raar, niet lui, niet kapot. Je brein werkt gewoon anders, en dat brengt uitdagingen, maar ook kracht met zich mee.

    Door deze gedachten onder woorden te brengen, geef je jezelf de ruimte om ze niet langer alleen te dragen. En hoe meer we er open over zijn, hoe minder zwaar ze worden. Dus wees mild voor jezelf. Je hoeft niet perfect te zijn. Je hoeft alleen maar jezelf te zijn, en dat is al meer dan genoeg.

  • ADHD: De dag dat ik antwoorden kreeg

    ADHD: De dag dat ik antwoorden kreeg

    Sommige dagen markeren duidelijk een “voor” en “na” in je leven. Voor mij was 29 juli 2025 zo’n dag. De dag waarop ik eindelijk antwoord kreeg op een vraag die ik me al jaren, vaak onbewust, stelde.

    Ik kreeg een ADHD-diagnose.

    Hoewel ik (en de mensen om me heen) het al langer vermoedden, veranderde er toch iets diep van binnen toen het zwart op wit stond.

    Ik ging samen met mijn moeder naar ADHDCentraal. Alleen dat al voelde symbolisch. Zij had me zien opgroeien, zien worstelen, me gesteund tijdens fases van frustratie, onrust en eindeloos overdenken allemaal zonder een duidelijke verklaring waarom alles voor mij vaak nét iets ingewikkelder, intenser of anders voelde dan voor anderen. Dat zij erbij was die dag, betekende veel.

    De hele dag bestond uit testen, gesprekken en observaties. Soms voelde het klinisch, soms juist heel persoonlijk. Ik vertelde over mijn verleden, mijn (gebrek aan) focus, mijn energie, mijn patronen en de manieren waarop ik had geleerd te maskeren, compenseren en volhouden. Sommige vragen kwamen harder binnen dan verwacht. Andere gaven juist onverwachte opluchting, alsof er eindelijk iemand begreep wat er al die tijd in mijn hoofd speelde.

    Na de officiële diagnose kwam het moment waarop ik voor het eerst ADHD-medicatie probeerde. Ik had gemengde gevoelens: hoopvol, sceptisch, een beetje zenuwachtig. Maar na ongeveer een uur begon er iets subtiel te veranderen. De chaos in mijn hoofd werd wat zachter, alsof ik voor het eerst mijn eigen gedachten helder kon horen. Ik voelde me niet gedrogeerd of “anders”, maar wel meer gefocust. Meer in controle. Ik kon een gedachte volgen zonder die halverwege kwijt te raken, en ik zat twintig minuten stil tijdens de QbTest. (Hier zie je hoe die test eruitziet.)

    Het was alsof iemand het achtergrondgeluid zachter had gezet, geluid dat ik zo gewend was, dat ik niet eens wist dat het er was. En de onrust… die was er even niet. Het was ongelofelijk om een andere versie van mezelf te ervaren. Ik kan eerlijk zeggen: Marcel versie 1.1 is in bèta!

    Die dag draaide niet alleen om een label of een pil. Het was het begin van een nieuw hoofdstuk. Een persoonlijk hoofdstuk. Eentje waarin ik kan stoppen met gissen en kan beginnen met echt begrijpen. Waarin ik niet langer compenseer voor een onbenoemd iets, maar mijn leven bewuster en met duidelijkere instructies en hulpmiddelen (zowel intern als extern) kan navigeren.

    De diagnose heeft me niet veranderd, maar gaf me wel een kader. Waarom ik me voel zoals ik me voel, en hoe ik met mijn brein kan werken in plaats van ertegenin. De weg vooruit is er nog steeds een van ontdekking, maar voor het eerst in lange tijd voelt het alsof ik een kaart in handen heb.

    En dat alleen al… is een enorme opluchting.

  • Waarom veel mensen met ADHD zich jonger voelen dan ze zijn

    Waarom veel mensen met ADHD zich jonger voelen dan ze zijn

    Sommige volwassenen met ADHD vertellen het met een glimlach, anderen worstelen er juist mee: ze voelen zich vaak jonger dan hun leeftijdsgenoten. Niet alleen qua gevoel, maar ook in gedrag, energie en levensstijl. In mijn meest recente (en eerste) podcastgesprek met Frank van Strijen kwam dit ook voorbij.

    Misschien herken je het zelf ook wel. Terwijl anderen “volwassen” bezig zijn met hypotheken en pensioenplannen, voel jij je eerder als dat kind op de schommel in de boom: vrij, speels, en los van de grond.

    Maar waar komt dat vandaan? En is het eigenlijk wel zo vreemd?

    Het ADHD-brein rijpt anders

    Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat de hersenen van mensen met ADHD zich op sommige punten langzamer ontwikkelen dan gemiddeld. Vooral de prefrontale cortex, het gebied dat verantwoordelijk is voor dingen als plannen, impulscontrole en sociaal gedrag, loopt iets achter in ontwikkeling.

    Volgens onderzoek van het National Institute of Mental Health (NIMH) duurt het bij kinderen met ADHD gemiddeld drie jaar langer voordat deze hersengebieden volledig rijpen. Dat betekent niet dat die ontwikkeling niet plaatsvindt, maar dat het proces simpelweg meer tijd nodig heeft. Bron: NIMH

    Een samenvattend artikel op de website van CHADD (Children and Adults with Attention-Deficit/Hyperactivity Disorder) legt dit proces verder uit: mensen met ADHD kunnen daardoor op volwassen leeftijd nog eigenschappen laten zien die bij anderen juist afnemen, zoals speelsheid of impulsiviteit. Bron: CHADD

    Een studie uit 2022 bevestigt dat het brein van kinderen met ADHD gemiddeld jonger lijkt dan dat van leeftijdsgenoten. Bij vergelijking tussen drie groepen, kinderen met ADHD, hun broers of zussen zonder ADHD, en een controle groep zonder ADHD, bleek het brein van kinderen met ADHD gemiddeld bijna één jaar jonger te ogen dan hun werkelijke leeftijd.

    Interessant is dat dit verschil niet werd gevonden bij de broers en zussen zonder ADHD, wat erop wijst dat het echt samenhangt met de aandoening zelf en niet puur met genetische aanleg. Bovendien bleek: hoe ernstiger de ADHD-symptomen, hoe jonger het brein eruitzag. Dit versterkt het idee van een vertraagde hersenontwikkeling bij ADHD, al benadrukken de onderzoekers dat grotere vervolgstudies nodig zijn om deze resultaten definitief te bevestigen.

    Impulsiviteit en speelsheid blijven langer aanwezig

    Kenmerkend voor ADHD is een verhoogde mate van impulsiviteit. Waar leeftijdsgenoten misschien al eerder kiezen voor rust en voorspelbaarheid, hebben mensen met ADHD vaak nog behoefte aan avontuur, uitdaging en nieuwe prikkels.

    Dat verklaart waarom iemand met ADHD op z’n veertigste nog ineens besluit een verre reis te maken, of een compleet nieuwe hobby oppakt zonder lang na te denken (dit is precies hoe ik Even de draad kwijt ben begonnen…). Het brein is voortdurend op zoek naar stimulatie, wat soms lijkt op “jeugdige onbezonnenheid”.

    Sociale vergelijking: anders zijn

    Veel volwassenen met ADHD ervaren hun anders-zijn pas echt als ze zich vergelijken met leeftijdsgenoten. Terwijl anderen misschien bezig zijn met hun pensioenplannen, zijn zij nog volop bezig zichzelf opnieuw uit te vinden. Dit kan samengaan met maskeren: het onbewust verbergen van ADHD-kenmerken om ‘normaal’ over te komen.

    In periodes waarin dat maskeren wegvalt, bijvoorbeeld in een ontspannen vakantie of tijdens creatieve projecten, komt juist die speelse en jonge kant weer naar boven.

    Creativiteit en flexibiliteit

    ADHD wordt vaak gezien als lastig, maar er zitten ook positieve kanten aan. Veel mensen met ADHD zijn creatief, flexibel en kunnen snel schakelen. Dat uit zich soms in een levenshouding die minder ‘vastgeroest’ is dan bij anderen.

    Zoals ADDA beschrijft, is dit deels te verklaren door de structuur van het ADHD-brein. Andere verbindingen tussen hersengebieden zorgen voor een andere manier van informatieverwerking, met ruimte voor nieuwe ideeën en onverwachte invalshoeken.

    Jong van geest: kracht of valkuil?

    Je jonger voelen dan je bent hoeft zeker geen probleem te zijn. Het kan juist energie en plezier geven in het leven. Misschien is het juist mooi om die speelse kant af en toe bewust ruimte te geven, net zoals je jezelf een moment gunt om weer op die schommel te stappen.

    In mijn podcast Even de Draad Kwijt praten we regelmatig over dit soort thema’s. Herken jij je in dit verhaal? Laat het me weten in de reacties of luister naar de afleveringen.

    Foto van Luke Chui

  • 10 dingen die ADHD’ers zich aantrekken (maar niet zouden moeten)

    10 dingen die ADHD’ers zich aantrekken (maar niet zouden moeten)

    Als je leeft met ADHD, is de kans groot dat je jarenlang signalen hebt gekregen dat je “te veel”, “niet genoeg”, of gewoon “anders” bent. En hoewel je weet dat je brein anders werkt, blijft die innerlijke stem kritisch.

    Deze blog is een uitnodiging: leg de lat eens neer. Hier zijn 10 dingen die jij je waarschijnlijk hebt aangetrokken, maar niet hoeft te dragen. Wees gewoon wat liever voor jezelf en wees gewoon jezelf.

    1. Je praat zoveel

    Je hebt vaak veel te vertellen, denkt snel, en je enthousiasme is voelbaar in je stem en tempo. Anderen kunnen dat soms als “druk” ervaren. Maar praten is niet alleen communiceren, het is ook denken, verwerken, en verbinding zoeken.

    In een wereld vol small talk is jouw openheid een verademing. Je hoeft jezelf niet af te remmen om anderen op hun gemak te stellen. Mensen mogen ook leren omgaan met jouw intensiteit.

    2. Je bent zo snel afgeleid

    Een ADHD-brein scant constant de omgeving, op zoek naar nieuwe prikkels of interessantere impulsen. Dat is geen zwakte, het is een overlevingsmechanisme dat ooit enorm nuttig was.

    Het nadeel? Het lijkt soms alsof je niet luistert of ongeïnteresseerd bent, terwijl je in werkelijkheid té veel opneemt. Dat is iets heel anders dan onverschilligheid.

    3. Je kunt je nooit eens rustig houden

    Jij beweegt als je denkt. Voor sommigen is rust stilte. Voor jou is rust soms juist ritme, bewegen, wiebelen, lopen, friemelen.
    Veel ADHD’ers hebben moeite met stilzitten, maar kunnen wel hyperfocussen als ze in een flow zitten.

    Laat je niet wijsmaken dat stilte altijd beter is dan energie. Energie is geen tekortkoming, het is jouw manier van verwerken.

    4. Je begint altijd aan dingen maar maakt niks af

    Je hebt honderd ideeën per dag. Je begint enthousiast, creatief, visionair. En ja, soms verlies je de draad (drumroll) zodra het saai of repetitief wordt. Dat is geen gebrek aan doorzettingsvermogen, het is dopamine-gedreven motivatie.

    Oplossing? Werk met structuren die jou helpen: deadlines, briefjes, dingen ergens neerleggen zodat je iets niet vergeet. Maar wéét: het ligt niet aan je wilskracht. Je werkt gewoon anders.

    5. Je bent té gevoelig

    Veel mensen met ADHD ervaren emoties intens. Een afwijzing voelt als een mokerslag. Een compliment? Als vuurwerk.
    Je zenuwstelsel is gevoeliger voor beloning én afwijzing. Dit heet ook wel RSD: Rejection Sensitivity Dysphoria (Frank van Strijen heeft hier een ebook over).

    Het is pijnlijk, maar ook de reden dat je zo empathisch, zorgzaam en alert op sfeer bent. Je bent niet zwak, je bent gewoon verbonden met wat er leeft om je heen.

    6. Je vergeet altijd alles

    Je portemonnee, je sleutels, dat ene telefoontje… ADHD en werkgeheugen zijn geen goede vrienden. Maar het betekent niet dat je niet georganiseerd wil zijn, alleen dat je systemen nodig hebt die bij jóu passen.

    Kalenders, herinneringen, checklists, post-itjes. Dat is niet “valsspelen”, dat is slim omgaan met je brein. Vergeetachtigheid zegt niets over je karakter. Alleen iets over je werkgeheugen.

    7. Je maakt er altijd een rommeltje van

    Je huis, je kamer, je tas, je to-do lijst, chaos is vaak zichtbaar bij ADHD’ers. Maar let op: er is een groot verschil tussen rommelig zijn en niet geven om orde.

    Veel ADHD’ers hebben intern al zóveel ruis, dat externe structuur gewoon moeilijk vol te houden is. Dat maakt je niet slordig of onverschillig. Je doet wat je kunt met een overprikkeld systeem.

    8. Je moet gewoon wat meer discipline hebben

    Discipline wordt vaak gepresenteerd als wilskracht, maar bij ADHD werkt motivatie anders. Je hebt moeite om te starten, ook bij dingen die je belangrijk vindt. Dat komt doordat je brein anders reageert op beloning en urgentie.

    Wat bij anderen automatisch “gewoon doen” is, is voor jou een innerlijke strijd. En tóch doe je het, keer op keer. Dát is pas discipline.

    9. Waarom moet je altijd alles anders doen?

    Je ziet een andere route, denkt buiten de lijnen, stelt vragen die anderen niet stellen. ADHD is niet alleen een aandachtsstoornis, het is ook een andere manier van denken. Dat kan botsen in systemen die gericht zijn op volgzaamheid. Maar laat je dat niet afleren.

    De wereld verandert door mensen die niet meegingen in “zo doen we dat nou eenmaal”.

    10. Je overdrijft

    ADHD komt vaak met intense reacties: lachen tot je huilt, huilen bij een reclame, boosheid die je overvalt. En ja, sommige mensen vinden dat “te veel”. Maar je bent niet gemaakt om te temperen. Je bent gemaakt om te voelen, te leven, te verbinden.

    Emotionele expressie is niet overdreven. Het is oprecht. En soms… precies wat de wereld nodig heeft.

    Tot slot

    Als ADHD’er ben je niet je symptomen. Je bent een compleet mens, met prachtige kwaliteiten, lastige struikelblokken, en een unieke kijk op de wereld.

    Deze 10 dingen? Je hoeft ze niet langer als tekortkomingen te dragen. Je mag ze zien voor wat ze zijn: tekenen van een anders werkend brein in een wereld die daar nog niet helemaal aan gewend is.

    Welke opmerking heb jij vaak gehoord als ADHD’er, en wat zou je wíllen dat mensen zeiden?

    Foto van srinivas bandari

  • Ik heb een boek uitgelezen. En dat betekent iets.

    Ik heb een boek uitgelezen. En dat betekent iets.

    Boeken uitlezen is voor veel mensen vanzelfsprekend. Voor mij is het dat niet.

    Mijn hoofd springt van de hak op de tak, mijn aandacht laat zich zelden lang vangen, en als ik al aan een boek begin, komt het maar zelden tot de laatste bladzijde. Maar deze keer is het anders. Ik heb het boek Hoera! Ik heb ADHD van Frank van Strijen uitgelezen. Helemaal. En dat voelt als een kleine persoonlijke overwinning.

    Niet alleen omdat het boek boeiend, herkenbaar en relevant is voor het onderwerp waar ik me al een tijd in verdiep (doe eens een gok) maar ook omdat dit boek het startschot is voor iets wat al lang in de maak is: mijn podcast.

    Het plan voor die podcast lag al weer even klaar. De ideeën, de gasten, de thema’s, alles zat al in mijn hoofd, stond op diverse notitiebriefjes en uiteindelijk is alles belandt in een spreadsheet.

    Dit boek uitlezen voelde als de symbolische ‘check’: nu kan ik écht beginnen. Het begin van gesprekken die ertoe doen. Gesprekken over maskeren, laat gediagnosticeerd worden, ouderschap, de beste baan, je sleutelbos en alles wat er in het dagelijks leven met ADHD bij komt kijken.

    Heb ik nu ineens geleerd om gestructureerd boeken te lezen? Absoluut niet. Het was een strijd. Met briefjes, aantekeningen, skips, terugbladeren, hoofdstukken overslaan en dan weer herbeginnen. Maar dat is precies waarom het zo goed voelt: ik heb het op mijn manier gedaan. En het is gelukt.

    En nu? Nu gaan we van lezen naar praten. Van denken naar doen.

    De podcast komt eraan. En ik heb er zó veel zin in.

    Na het schrijven van deze blog ga ik een mail sturen om een afspraak te maken met de eerste gast. Let’s go!

  • Stop met maskeren

    Stop met maskeren

    Stel je voor: je zit in een vergadering en je been wipt ongecontroleerd onder de tafel. Je handen jeuken om te bewegen, je gedachten springen van het ene naar het andere onderwerp, en ondertussen houd je je gezicht strak als een uitdrukking van interesse. Je knikt op de juiste momenten, stelt ‘normale’ vragen, en niemand vermoedt dat je van binnen aan het vechten bent om je natuurlijke impulsen te onderdrukken.

    Dit is maskeren, en voor veel ADHD’ers is het een dagelijkse realiteit die langzaam maar zeker hun energie, authenticiteit en uiteindelijk hun mentale gezondheid wegvreet.

    In deze blog wil ik het daar over hebben. Want maskeren is voor veel ADHD’ers dagelijkse realiteit en het kan slopend zijn.

    Wat is maskeren eigenlijk?

    Maskeren is het bewust of onbewust aanpassen van je gedrag om te voldoen aan de verwachtingen van je omgeving. Je probeert je symptomen te verbergen, zodat je ‘normaal’ lijkt.

    Bij ADHD gaat het bijvoorbeeld om:

    • Overmatig focussen op routines om niet chaotisch over te komen.
    • Geforceerd luisteren en oogcontact maken om niet ongeïnteresseerd te lijken.
    • Extra hard je best doen op werk of school om ‘luiheid’ te compenseren.
    • Je emoties onderdrukken om niet als ‘dramatisch’ of ’te intens’ over te komen.
    • Sociale angsten verbergen door altijd ‘vrolijk’ of ‘gezellig’ te doen.

    Kort gezegd: je probeert te functioneren alsof je geen ADHD hebt, terwijl je brein continu op topsnelheid draait. Dat vraagt enorm veel energie.

    Waarom maskeren we?

    • Stigma vermijden: Niemand wil gezien worden als ongemotiveerd, onbetrouwbaar of ‘moeilijk’.
    • Professionele druk: Banen en opleidingen zijn vaak niet afgestemd op neurodivergente breinen.
    • Sociale acceptatie: Je wilt niet buiten de groep vallen.
    • Zelfbescherming: Als je al vaak kritiek hebt gekregen, wil je pijn voorkomen.

    Veel ADHD’ers beginnen hier al in hun kindertijd mee. Als je bijvoorbeeld altijd werd gecorrigeerd omdat je te druk was in de klas, leer je onbewust dat je jezelf moet inhouden. En zo ontstaat het masker.

    De tol van maskeren

    Het probleem? Maskeren is op korte termijn een overlevingsstrategie, maar op lange termijn uitputtend. Maskeren vergt constante mentale energie. Het is alsof je de hele dag een toneelstuk opvoert waarin je de hoofdrol speelt, maar het script niet hebt gekregen. Tegen het einde van de dag ben je uitgeput, niet door wat je hebt gedaan, maar door wie je hebt moeten zijn.

    Na jaren van maskeren weet je misschien niet meer wie je werkelijk bent. Je hebt zo lang je natuurlijke impulsen onderdrukt dat je de verbinding met je authentieke zelf bent kwijtgeraakt. Vragen als ‘Wat vind ik leuk?’ of ‘Wat zijn mijn behoeftes?’ worden plotseling onbeantwoordbaar.

    Gek genoeg leidt maskeren, bedoeld om connectie te creëren, vaak tot diepe eenzaamheid. Mensen houden van je masker, niet van jou. Je voelt je gezien noch begrepen, zelfs te midden van anderen.

    Chronisch maskeren is sterk gelinkt aan depressie, angst, en burnout bij ADHD’ers. Het constante onderdrukken van je natuurlijke zelf creëert een interne spanning die uiteindelijk tot een breekpunt leidt.

    Je unieke ADHD-kwaliteiten, creativiteit, innovatief denken, passie, spontaneïteit, blijven verborgen. De wereld verliest jouw unieke bijdragen, jij verliest jezelf.

    Mensen die jarenlang maskeren ervaren vaak:

    • Chronische vermoeidheid
    • Burn-out klachten
    • Identiteitsverlies (‘Wie ben ik eigenlijk als ik niet constant mijn gedrag corrigeer?’)
    • Angst en depressieve gevoelens
    • Overprikkeling

    Veel volwassenen krijgen pas een diagnose ADHD als ze instorten (of dreigen in te storten), simpelweg omdat het jarenlang maskeren niet meer vol te houden is.

    Hoe stop je met maskeren?

    1. Bewustwording
      Herken wanneer je aan het maskeren bent. Houd bijvoorbeeld een dagboekje bij waarin je noteert wanneer je jezelf corrigeert of forceert.
    2. Zelfacceptatie
      ADHD is geen karakterfout. Het hoort bij wie je bent. Je mag anders functioneren dan de norm.
    3. Grenzen stellen
      Durf vaker “nee” te zeggen tegen situaties waarin je jezelf constant moet aanpassen.
    4. Omgeving creëren die past
      Zoek werk, relaties en hobby’s waarin je mag zijn wie je bent. En werk samen met mensen die je neurodivergentie respecteren.
    5. Professionele hulp
      Therapie of coaching kan helpen bij het afbouwen van maskergedrag en het versterken van zelfvertrouwen.

    Tot slot: je masker is niet wie je bent

    Je hoeft niet perfect te zijn. Je hoeft niet altijd ‘normaal’ over te komen. Jouw waarde ligt in wie je bent, met al je creativiteit, enthousiasme, diepgang én uitdagingen.

    Maskeren lijkt soms veiliger, maar jezelf zijn is uiteindelijk veel lichter.

    Bronnen (deze las ik voordat ik deze blog schreef)

    1. What to know about ADHD masking
    2. What It’s Like to Mask at Work as a Neurodivergent Person
    3. Why ADHD Masking Is a Form of Self-Sabotage
  • Opvoeden met ADHD: Stop met twijfelen, je doet het goed

    Opvoeden met ADHD: Stop met twijfelen, je doet het goed

    Toen mijn kinderen de diagnose ADD en ADHD kregen, vielen er stukjes op hun plek.

    Als ouder van een kind met ADHD krijg je niet alleen een label voor je kind om te dragen, maar vaak ook een lading schuldgevoelens in je eigen rugzak. In deze blog wil ik die rugzak een beetje lichter maken. Niet met perfecte antwoorden, die bestaan namelijk niet, maar met herkenning en eigen inzichten.

    ADHD is geen opvoedfout

    Laten we daar meteen mee beginnen. ADHD is een neurobiologische ontwikkelingsstoornis. Dat betekent: het zit in het brein. En ja, erfelijkheid speelt een grote rol. Volgens onderzoek van onder andere het Nederlands Jeugdinstituut en de Hersenstichting is ADHD voor ongeveer 70–80% genetisch bepaald.

    Je hebt het dus niet “veroorzaakt” door de opvoeding. Je hebt het misschien zelfs doorgegeven, zonder dat je het wist. Maar dat maakt je geen slechte ouder, het maakt je menselijk.

    Iedereen heeft een mening (maar jij kent je kind het best)

    Als je kind druk, emotioneel of “moeilijk” gedrag laat zien, lijkt ineens iedereen een expert. Van familie tot onbekenden in de supermarkt: “Hij moet gewoon wat strenger worden aangepakt.” Of: “Bij mij thuis zouden ze niet zo brutaal zijn.” Ik ken uit mijn jeugd ook nog wel wat oneliners die vanuit opvoedkundig oogpunt nut kunnen hebben, maar voor kinderen met ADHD absoluut onmogelijk zijn om op te volgen.

    Wat die mensen niet zien? De meltdowns na school. De paniek bij te veel prikkels. De slapeloze nachten. En jouw pogingen om te helpen, te begrijpen, te begeleiden.

    Jij kent je kind. Jij ziet de mooie, unieke eigenschappen. De creativiteit, de gevoeligheid, het enthousiasme. Laat niemand je wijsmaken dat je tekortschiet.

    Schuldgevoel is normaal, maar niet nodig

    Het is logisch dat je je soms machteloos voelt. Of boos, gefrustreerd of verdrietig. En ja, soms ook schuldig. Maar probeer dit te onthouden: je hoeft het niet perfect te doen. Je kind heeft geen perfecte ouder nodig. Je kind heeft jou nodig, met al je inzet, liefde en fouten.

    Ouders van kinderen met ADHD lopen soms op eieren, uit angst iets “fout” te doen. Maar als je dit leest, ben je al bezig met begrijpen en verbeteren. Dat alleen al maakt jou een geweldige ouder.

    Wat helpt echt?

    • Zoek kennis, geen schuld
      Leer over ADHD uit betrouwbare bronnen zoals het Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie of ADHDcentraal (waar ik een diagnostiekdag heb gepland voor mezelf). Begrip is de eerste stap naar rust.
    • Verzamel en overleg met je ’team’
      Denk aan leerkrachten, een kindercoach, of een gespecialiseerde orthopedagoog. Je hoeft het niet alleen te doen.
    • Zorg voor jezelf
      Echt. Opladen is geen luxe. Het is noodzakelijk. Als jij instort, kan je er ook niet voor je kind zijn.
    • Focus op verbinding
      Uiteindelijk draait opvoeden niet om controle, maar om relatie. Begrip, humor, eerlijkheid en liefde zijn je krachtigste tools. Ook al is het soms moeilijk om deze tools in te zetten.

    Tot slot: Jij doet het geweldig

    Je kind is geen probleem. Jullie hebben uitdagingen, zeker. Maar ook zoveel potentieel. ADHD is niet alleen chaos, het is ook passie, intensiteit en outside the box denken. Als ik één ding geleerd heb van mijn vermoedelijke ADHD is het wel dat de chaos heel vaak een manier kan zijn om structuur af te dwingen.

    Laat het schuldgevoel los. Je doet het met je hart. We zijn allemaal voor het eerst ouder, en soms doen we ook maar gewoon wat. Je probeert, je leert, je groeit. En dat is alles wat je kind van je nodig heeft.